Onderzoek trekt verbanden tussen contactsporten, ALS

Al geruime tijd bestaat het vermoeden dat professionele atleten meer vatbaar zijn voor ALS. Het grootste deel van het onderzoek met betrekking tot dit onderwerp is gedaan over de Atlantische Oceaan in Europa; verschillende Italiaanse studies hebben bijvoorbeeld aangetoond dat voetballers zes keer meer kans hadden om ALS te krijgen. Bovendien toonden die onderzoeken aan dat voetballers vaak werden gediagnosticeerd in de leeftijd van 30, terwijl anderen een diagnose ontvingen in hun 60er jaren.

Andere studies in Europa hebben aangetoond dat men sport niet professioneel hoeft te spelen om zichzelf het risico te laten worden gediagnosticeerd met ALS. In de afgelopen jaren hebben onderzoekers zwakke maar meetbare verbanden ontdekt tussen frequente fysieke activiteit en het oplopen van de ziekte.

De meest recente van deze studies, eerder deze zomer gepubliceerd in Annals of Neurology, betrof meer dan 650 ALS-patiënten uit alle delen van Europa. Die deelnemers werd gevraagd om informatie over hun persoonlijke en professionele leven te delen. Onderzoekers interviewden ook meer dan 1100 mensen bij wie niet de diagnose ALS was gesteld.

De resultaten toonden aan dat fysieke activiteit in welke vorm dan ook - sportief of fysiek zwaar belastend werk - het risico van mensen om ALS te ontwikkelen niet verhoogde. Geruststellend nieuws, zonder twijfel, voor degenen die graag sporten.

Maar er was een deel van fysieke activiteit dat onderzoekers konden koppelen aan ALS: contact met het hoofd. Sterker nog, die mannen en vrouwen die meldden dat ze tijdens hun leven twee of meer hersenschuddingen hadden opgelopen, hadden veel meer kans om ALS te ontwikkelen dan mensen die nooit een hersenschudding hadden gehad.

Toch is het vanwege gebrek aan financiering moeilijk om directe parallellen te trekken tussen hersenschudding en ALS. Onderzoekers hopen dat hernieuwde interesse in ALS, aangezet door de 'ice bucket-uitdaging', dit zal helpen veranderen.